07 Oct 2021
blog

Toezicht op verzekeraars in run-off

Blog

Steeds vaker worden verzekeraars in run-off of run-off portefeuilles overgenomen door andere verzekeraars. Ook tonen gespecialiseerde investeerders, zoals private equity, steeds vaker interesse in de overname van dergelijke verzekeraars en portefeuilles.

De Solvency II regelgeving voorziet niet in specifieke regels voor verzekeraars in run-off. De European Insurance and Occupational Pensions Authority (EIOPA) wil desalniettemin zorgen voor de uitoefening van een kwalitatief hoogstaand en convergent toezicht op onder Solvency II vallende run-off verzekeraars en run-off portefeuilles. Daarom heeft EIOPA een verklaring over toezicht op verzekeraars in run-off opgesteld. Deze verklaring heeft zij eind juli 2021 in de vorm van een consultatiedocument gepubliceerd.

Achtergrond

Om de potentiële risico's van run-off bedrijfsmodellen beter in aanmerking te kunnen nemen en te kunnen aanpakken, vindt EIOPA het belangrijk om de verwachtingen van toezichthouders met betrekking tot verzekeraars in run-off en run-off portefeuilles te specificeren. Het toezicht op verzekeraars in run-off vormt een bijzondere uitdaging vanwege het specifieke risicoprofiel van dergelijke verzekeraars en het ontbreken van specifieke regelgeving hiervoor onder Solvency II.

De door EIOPA geconsulteerde verklaring heeft betrekking op het verlenen van toestemming voor de verwerving van verzekeraars in run-off en run-off portefeuilles, het doorlopend toezicht, en de prudentiële en gedragsaspecten. De belangrijkste facetten van de verklaring lopen wij hieronder kort langs.

 

De term run-off

De term run-off ziet op situaties waarin de verzekeraar is gestopt met het sluiten van nieuwe verzekeringsovereenkomsten; hij dient de reeds afgesloten verzekeringsovereenkomsten uit maar sluit geen nieuwe. Onder ‘verzekeraar in run-off’ wordt een verzekeraar verstaan, die:

  • een portefeuille afwikkelt die niet zijn gehele bedrijf betreft; een deel van de portefeuilles van de verzekeraar gaat in run-off, terwijl voor andere portefeuilles wel nieuwe verzekeringsovereenkomsten worden gesloten (partiële run-off verzekeraar);
  • zijn volledige (vroegere) bedrijf afbouwt; de verzekeraar sluit geen nieuwe overeenkomsten meer (volledige run-off verzekeraar); of
  • een run-off bedrijfsmodel heeft; de verzekeraar heeft uitsluitend run-off portefeuilles onder zich (gespecialiseerde run-off verzekeraar).

 

Beslissing om in run-off te gaan 

Van verzekeraars die voornemens zijn te stoppen met het sluiten van nieuwe overeenkomsten wordt verwacht dat zij hun toezichthouders daarvan (als onderdeel van de lopende dialoog) in kennis stellen door indiening van enige (in de verklaring gespecificeerde) documenten. Het besluit om geen nieuwe verzekeringsovereenkomsten meer te sluiten wordt als essentiële informatie beschouwd en moet daarom in het verslag over de solvabiliteit en de financiële positie worden vermeld.

 

Gespecialiseerde run-off verzekeraars

De potentiële overnemer wordt aangemoedigd om in een vroeg stadium de dialoog met de toezichthouder aan te gaan, dat wil zeggen voordat de formele kennisgeving van de verwerving van een gekwalificeerde deelneming of de portefeuilleoverdracht wordt ingediend. De toezichthouders wordt aanbevolen om in de eerste fase de ontvangen documentatie in detail te beoordelen en de potentiële overnemer te verzoeken alle verder benodigde informatie te verstrekken. Bij de beoordeling van de voorgenomen transactie moeten in ieder geval de volgende aspecten worden betrokken: de financiële soliditeit van de overnemer; de gevolgen voor de polishouders van zowel de overdragende als de overnemende entiteit; het bedrijfsmodel van de overnemer; en de verwachte veranderingen in het risicoprofiel, governancesysteem (inclusief producttoezicht en -governance), risicobeheer en solvabiliteitspositie (zowel SCR (solvabiliteitskapitaalsvereiste) als eigen vermogen) van de overnemer na de overname.

De bescherming van polishouders mag door de transactie niet aangetast worden. Dit is een van de belangrijkste doelstellingen van de beoordeling.

Private equity en soortgelijke investeringsentiteiten tonen steeds meer belangstelling voor de verwerving van verzekeraars in run-off. Aangezien hun investeringshorizon gewoonlijk korter is dan die van meer traditionele aandeelhouders, bestaat het risico dat kapitaal uit de verzekeraar wordt weggetrokken, met mogelijk negatieve gevolgen voor de bescherming van de polishouders. Om dit te voorkomen, dienen toezichthouders de track record van de betrokken private-equitypartij in aanmerking te nemen en de mogelijke gevolgen van een vroegtijdige terugtrekking uit de investering mee te nemen in de beoordeling.

 

Doorlopend toezicht

Om een adequaat risicogebaseerd toezicht te kunnen uitoefenen moeten toezichthouders ook tijdens het doorlopend toezicht een analyse van het bedrijfsmodel maken. Daarbij moet bijzondere aandacht worden besteed aan de wijze waarop de verzekeraar naar verwachting in de nabije toekomst winstgevend zal blijven, terwijl ook de naleving van de Solvency II-voorschriften betreffende technische voorzieningen/SCR en de eerlijke behandeling van polishouders wordt gewaarborgd. Ook moet daarbij worden betrokken wat de belangrijkste bronnen van huidige en verwachte winstgevendheid zijn.

 

Voor verzekeraars in run-off die hun vorderingen blijven afwikkelen geldt dat zij, net als andere verzekeraars, hun activa en passiva moeten waarderen op basis van de veronderstelling dat de onderneming haar bedrijfsactiviteiten zal voortzetten als een going concern. Het besluit om (delen van) het verzekeringsbedrijf stop te zetten kan echter gepaard gaan met een wijziging van de financiële en niet-financiële hypotheses voor de berekening van de technische voorzieningen. Wanneer onvoldoende bewijs wordt geleverd en de toezichthouder tot de conclusie komt dat de technische voorzieningen de toekomstige verplichtingen onderschatten, moet de toezichthouder uiteindelijk overwegen gebruik te maken van de bevoegdheid om een verhoging van de technische voorzieningen te eisen of, indien van toepassing, een kapitaalopslagfactor vast te stellen. De toezichthouder moet beoordelen of de aannames betreffende de continuïteit van run-off redelijk en realistisch zijn, met inbegrip van maar niet beperkt tot administratieve kosten, verval-/afkooppercentages, activamix en toekomstige beheersmaatregelen.

 

Verzekeraars in run-off richten zich doorgaans op het verhogen van hun beleggingsrendement. Zij kunnen dit doel trachten te bereiken door te beleggen in hoogrenderende activa en/of niet-beursgenoteerde activa. In dit verband kunnen twee belangrijke beleggingsstrategieën worden onderscheiden:

  • overschakelen naar een assetmix met een hoger risico/rendement
  • de vlottende activa van de onderneming overdragen aan een andere onderneming (bijvoorbeeld een special purpose vehicle) die meer winst kan maken door in riskantere activa te beleggen.

 

Bij de eerste strategie dient de toezichthouder de wijzigingen in de beleggingen te volgen en na te gaan of het prudent person-beginsel nog steeds wordt nageleefd en of de stress in de standaardformule geschikt is voor de nieuwe beleggingsstrategie en er wordt voldaan aan de criteria voor de indeling in de module marktrisico of tegenpartijrisico.

Bij de tweede strategie moet de toezichthouder, naast de richtlijnen voor de eerste strategie:

  • er nauwlettend op toezien dat na overdracht van de activa de risico's niet wijzigen en de voordelen behouden blijven; met name is van belang of er geen nieuwe risico's ontstaan, zoals tegenpartij- of liquiditeitsrisico's, waarvoor de polishouders moeten worden gecompenseerd en of voldoende zekerheden zijn verstrekt ter beperking van tegenpartijrisico en dat deze voldoen aan de vereisten van de gedelegeerde verordening;
  • erop toezien dat de informatie in de openbare bekendmaking betreffende de activaoverdracht passend en toereikend is.

 

Zowel bij levens- als bij schadeverzekeringsportefeuilles worden herverzekeringsovereenkomsten gebruikt. Dit kan leiden tot een materieel effect op het eigen vermogen en de SCR, dat gedeeltelijk wordt gecompenseerd door een toename van het SCR tegenpartijrisico. Toezichthouders dienen bij verzekeraars met hoge cessiepercentages met name ook de herverzekeringsconcentratie, de verkregen zekerheden van de herverzekeraar en eventuele retrocessie (het door de herverzekeraar verleggen van het risico) in de beoordeling te betrekken. (Her)verzekeraars dienen bij de berekening van de basis-SCR rekening te houden met risicolimiteringstechnieken als bedoeld in Solvency II, dat wil zeggen: technieken waarmee (her)verzekeraars risico’s geheel of gedeeltelijk kunnen overdragen aan een andere partij. Wanneer de verlaging van de SCR niet in verhouding staat tot de omvang van het overgedragen risico of wanneer er in de SCR geen passende behandeling wordt gegeven aan nieuwe risico's die tijdens het proces worden verworven, dienen (her)verzekeraars in aanmerking te nemen dat de risicolimiteringstechniek niet zorgt voor een doeltreffende overdracht van risico.

Toezichthouders dienen het herverzekeringsbeleid nauwlettend te volgen en te beoordelen of het beleid toereikend is voor de portefeuille van technische voorzieningen van de run-off-portefeuille.

 

Gedragstoezicht

Wanneer een lidstaat, zoals Nederland, verschillende toezichthoudende autoriteiten heeft voor prudentieel en gedragstoezicht, beveelt EIOPA de prudentiële toezichthouder aan advies in te winnen bij de gedragstoezichthouder en deze te betrekken. Belangrijke aspecten van gedragstoezicht die in de beoordeling moeten worden betrokken zijn: een klantgericht bedrijfsmodel, inclusief een mechanisme om voor eerlijke behandeling van run-off klanten te zorgen; het producttoezicht- en governancebeleid van de overnemer; consequente controle en regelmatige evaluatie van tot de verworven portefeuille behorende producten; transparantie richting de verzekeringnemers om ervoor te zorgen dat zij tijdig informatie ontvangen over de gevolgen van de transactie voor hun verzekeringspolissen; naleving van de vereisten inzake klachtenbehandeling en eerlijke behandeling van klanten daarbij; het niveau van klantenservice.

 

Ter afsluiting

Met deze uitvoerige verklaring over toezicht op verzekeraars in run-off reageert EIOPA op de ontwikkeling dat verzekeraars in run-off of run-off portefeuilles steeds vaker worden overgenomen en dat dat steeds vaak gebeurt door andere partijen, zoals private equity.

Keywords

Bedrijfsmodel
Financieel recht
Overname
Portefeuille
Run-off
Toezicht

Auteur(s)

Berry van Wijk

Partner Financial Regulatory Houthoff

LinkedIn

Karin Land

Senior jurist

LinkedIn