04 Aug 2022
blog

Ondanks een persoonlijk ernstig verwijt geen plaats voor vergoeding van het positief contractsbelang

Blog

Ondanks een persoonlijk ernstig verwijt aan de bestuurder van vennootschap A, is de bestuurder niet gehouden om schadevergoeding te betalen. Vennootschap A had een contractuele verplichting tot levering van een onroerende zaak. Er werd door een derde conservatoir beslag gelegd op de onroerende zaak. De bestuurder heeft onterecht geruststellende mededelingen gedaan aan de wederpartij dat vennootschap A wel aan haar leveringsverplichting kon voldoen. Uiteindelijk is de onroerende zaak geveild en gegund aan een derde. De wederpartij vordert vervolgens de vergoeding van het positief contractsbelang van de bestuurder. Voor toewijzing van het positieve contractsbelang als schadevergoeding bij een vordering op grond van de Beklamel-norm is geen plaats, aldus de rechtbank. 

Uit de feiten die leiden tot een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 22 juni 2022 over de aansprakelijkheid van een bestuurder, blijkt het volgende.

 

De bestuurder (‘Bestuurder’) is bestuurder en enig aandeelhouder van vennootschap A. Vennootschap A was eigenaar van een onroerend zaak die zij verhuurde aan Rotec B.V. De aandelen van Rotec B.V. worden gehouden door Nebelfra B.V. Wegens discussie over het onderhoud aan het gehuurde betaalde Rotec tussen 2019 en 2020 meermaals niet de huurpenningen aan vennootschap A. Die discussie leidde tot onderhandelingen tussen de Bestuurder en de bestuurder van Rotec en Nebelfra over de verkoop van de onroerende zaak aan Rotec dan wel aan Nebelfra.

 

In juni 2020 leggen schuldeisers beslag op de onroerende zaak. Eind juli 2020 bereiken de Bestuurder en de bestuurder van Rotec en Nebelfra overeenstemming over de koop en verkoop van de onroerende zaak voor een totaalbedrag van € 650.000. Beide bestuurders wisten van het beslag en van een door de hypotheekhouder aangekondigde executieveiling op 4 september 2020. De Bestuurder heeft ten opzichte van Nebelfra bij herhaling gesteld dat de beslagen zouden worden opgeheven en dat levering van de onroerende zaak geen probleem zou zijn.

 

Op 6 augustus 2020 heeft de notaris partijen geïnformeerd dat de verkoop niet kon doorgaan vanwege de executieveiling. Dat zou anders zijn als vennootschap A de op de onroerende zaak rustende hypotheek zou aflossen of als Nebelfra een onderhands bod zou doen aan de notaris die de openbare veiling zou leiden. Nebelfra heeft geen onderhands bod uitgebracht. Eén dag voor de geplande executieveiling, op 3 september 2020, hebben de Bestuurder en de bestuurder van Nebelfra een concept notariële akte van levering getekend. Ondanks die akte is de onroerende zaak niet aan Nebelfra geleverd omdat op 4 september 2020 in opdracht van de hypotheekhouder de executieveiling is doorgezet. Nebelfra heeft op die veiling tevergeefs een poging gedaan om de onroerende zaak te kopen. De onroerende zaak is aan een derde verkocht voor € 712.500. Enkele maanden daarna heeft Nebelfra de onroerende zaak alsnog van die derde gekocht voor € 840.000.

 

Nebelfra is een procedure gestart tegen vennootschap A en de Bestuurder en zij vordert bijna € 275.000 aan schadevergoeding. Na aanvang van de procedure wordt vennootschap A op 1 juli 2021 failliet verklaard. De procedure richt zich tegen de Bestuurder.

 

Nebelfra legt aan haar vorderingen ten grondslag dat de Bestuurder een persoonlijk ernstig verwijt kan worden gemaakt van de niet-nakoming van de tussen vennootschap A en Nebelfra gesloten koopovereenkomst door de voor levering aan Nebelfra vereiste opheffing van de beslagen te garanderen, terwijl hij gelet op de financiële situatie van vennootschap A op dat moment wist of behoorde te weten dat die opheffing niet reëel was. De Bestuurder is daarom hoofdelijk aansprakelijk voor de schade die Nebelfra als gevolg van die onrechtmatige daad lijdt, aldus Nebelfra. De Bestuurder is bij verstek veroordeeld maar komt tijdig in verzet. Ik ga op dat punt niet verder in. De Bestuurder meent dat hij zich heeft ingespannen voor de onbezwaarde levering. Dat is niet gelukt. Van een tekortkoming van vennootschap A is geen sprake, laat staan van een persoonlijk ernstig verwijst van de Bestuurder, aldus de Bestuurder.

 

De rechtbank stelt vast dat de procedure in kern gaat om de vraag of de Bestuurder persoonlijk aansprakelijk is voor het feit dat vennootschap A geen verhaal biedt voor de schade van Nebelfra. In de rechtspraak is aanvaard dat dit verwijt in beginsel gemaakt kan worden wanneer een bestuurder een verplichting namens een vennootschap aangaat terwijl hij wist of behoorde te weten dat de vennootschap niet zou kunnen nakomen en geen verhaal biedt voor de schade van de schuldeiser. Dit is aansprakelijkheid op grond van de Beklamel-norm. Die Beklamel-norm is niet absoluut. Een bestuurder is niet aansprakelijk als niet alleen de bestuurder maar ook de schuldeiser bij het aangaan van de overeenkomst wist of behoorde te weten dat de vennootschap niet zou kunnen nakomen en geen verhaal zou bieden. Het gaat er niet om of de bestuurder en de schuldeiser dezelfde kennis hadden, maar zij moeten wel over min of meer dezelfde informatie beschikken over de kredietwaardigheid van de vennootschap, aldus de rechtbank.

 

De rechtbank stelt voorop dat er tussen vennootschap A en Nebelfra een zuivere overeenkomst tot stand is gekomen. De Bestuurder heeft bij herhaling aangegeven dat de levering door zou gaan en dat de beslagen zouden worden opgeheven. Vennootschap A is vanwege de niet-nakoming in beginsel aansprakelijk voor de schade van Nebelfra.

 

Dan de persoonlijke aansprakelijkheid van de Bestuurder. Nebelfra stelt dat de Bestuurder de onbezwaarde levering heeft gegarandeerd en dat diverse keren heeft medegedeeld. Nebelfra had geen inzicht in de financiële positie van vennootschap A en wist niet hoeveel en welke schuldeisers beslag hadden gelegd en voor welke bedragen. Zij had daarom geen reden om aan die toezegging te twijfelen.

 

Gelet op de omvang van de schulden en het gebrek aan activa om de schulden te voldoen is de rechtbank van oordeel dat de Bestuurder redelijkerwijs niet kon denken dat het nog goed zou komen met de opheffing van de beslagen. Onder die omstandigheid had hij terughoudend moeten zijn in zijn geruststellende mededelingen en Nebelfra moeten informeren over de werkelijke financiële situatie van vennootschap A die voor de nakoming van de koopovereenkomst van belang was. Door die toezeggingen en mededelingen heeft de Bestuurder onjuiste informatie verschaft over de mogelijkheid om de overeenkomst na te komen. Hij heeft misbruik gemaakt van het kennisverschil tussen partijen en daarvan valt hem een persoonlijk ernstig verwijt te maken.

 

Voor de schade is de Bestuurder in beginsel ook aansprakelijk, maar Nebelfra vordert in dit geval vergoeding van het positieve contractsbelang. De vordering bestaat namelijk uit het verschil tussen de overeengekomen verkoopprijs en het bedrag waarvoor Nebelfra het pand uiteindelijk heeft gekocht (vermeerderd met kosten). Voor toewijzing van het positieve contractsbelang als schadevergoeding bij een vordering op grond van de Beklamel-norm is geen plaats, aldus de rechtbank. De schade als gevolg van het aan de Bestuurder te maken verwijt is niet zonder meer gelijk aan de schade als gevolg van de wanprestatie. Nebelfra stelt nog dat haar de kans is ontnomen om een onderhands bod uit te brengen op de openbare veiling, maar uit de feiten blijkt dat Nebelfra zich ondanks wetenschap van de beslagen en de executieveiling niet heeft voorbereid op het doen van een bieding.

 

De slotsom is dat de Bestuurder weliswaar onrechtmatig heeft gehandeld, maar het is niet aannemelijk geworden dat Nebelfra nu financieel beter af was geweest als de Bestuurder die mededelingen niet had gedaan. De schade van Nebelfra is het gevolg van de tekortkoming van vennootschap A, maar niet van mededelingen van de Bestuurder. De rechtbank wijst de vorderingen van Nebelfra af.

Keywords

Aansprakelijkheidsrecht
Beklamel-norm
Bestuurdersaansprakelijkheid
Positief contractsbelang

Auteur(s)

Niek van Barschot

Advocaat bij Van Iersel Luchtman Advocaten